Een toch nog gezellige Kerstnacht 2033

Het is al sinds een paar jaar dat we de Kerstnacht bij opa en oma doorbrengen. Dat was maar goed ook deze keer, want de hele week was het bar weer geweest: sneeuw en veel wind. Opa vergeleek het met de winter van zo’n zeventig jaar geleden, 1963. Hij woonde toen in een nieuwbouwwijk en daar was de sneeuw op sommige plaatsen tot ongekende hoogten opgestoven: prachtig om vanaf te sleeën, maar voor het verkeer een ramp. Ondanks het slechte weer was de familie goed en wel aangekomen

Nu was het een mooie avond met sterren aan de hemel. Alleen vroor het nu behoorlijk en er was nauwelijks wind. De elektriciteitsvoorziening was weer op rantsoen gegaan. Per huis mocht er maar 2,5 kW verbruikt worden, daar was de “slimme meter” op ingesteld. Dat kwam omdat een sneeuwlaag de zonnepanelen mooi had toegedekt en de windmolens geen zuchtje wind opvingen.  Heel West-Europa was het slachtoffer van dit weer, dus uit het buitenland was ook geen steun te verwachten: er was gewoon niet genoeg elektriciteit voor heel Nederland. De verwarmingsinstallatie kon dus in het huis niets uitrichten.

Maar opa was niet voor een gat te vangen. Uit de schuur had hij een oud radiatorkacheltje gehaald dat hij onder de grote tafel in de kamer had neergezet. “Met warme voeten voel je je helemaal opperbest” zei hij en hij had gelijk ook. Natuurlijk was de kerstboom opgesteld en daarin brandden ouderwetse kaarslampjes. Ook die gekleurde dennenappel-gloeilampjes die kinderen zo mooi vinden waren aangestoken. “De lampjes helpen zo mooi mee de kamer op te warmen”, verdedigde opa zijn zogenaamd millieu-onvriendelijke verlichting.

De hele avond speelden we allerlei ouderwetse bordspelletjes, zoals Mens-Erger-Je-Niet en Ganzenbord. Het was best wel lekker warm in de kamer toen oma commandeerde dat de kachel maar even uit moest. Zij kon dan de worstenbroodjes bakken en met de keukendeur open zou het warm genoeg blijven. Dat konden we merken ook, want binnen de kortste keren drong een gekruide lucht in onze neuzen.

Rond middernacht dronken we een laatste glas bij de heerlijke worstenbroodjes. Hoog tijd voor de kinderen om te gaan slapen. Opa kondigde aan dat we dat dan wel binnen een half uur moesten regelen, want daarna zou de elektriciteit nog verder gerantsoeneerd worden tot 0,5 kW, net genoeg om de essentiële apparatuur in het huis te laten werken.

De volgende ochtend was er weer volop elektriciteit: er was een stevig briesje opgestoken. De verwarming was vanzelf weer aangesprongen dankzij de “slimme meter”. Maar van schaatsen zou niet veel komen, daarvoor was er al te veel sneeuw gevallen. Na het ontbijt vertrokken we weer allemaal naar de volgende Kerstvisite. Aan de ontbijttafel had opa nog het idee geopperd dat het handig zou zijn als de elektriciteitsquota van bezoekende families bij elkaar geteld konden worden zodat bij de gastheer een Kerstnacht gevierd kon worden onder minder barre omstandigheden. Wij waren het niet met hem eens. “Het was juist heel gezellig zo, laten we het volgende keer weer zo doen”, vonden de kinderen.

Ger Koper 2019